Naar inhoud

Hier een cookie tekst met verwijzing naar de cookies pagina.

Anarchisme in een galerie: Blurry Conflicts van Marc Bijl

Het troebele neon geeft een hint van zwak licht af. Vagelijk krijg je het gevoel dat je iets zou moeten zien tussen de nevelige kleuren. Doemt daar een figuur op? Nee, kun je lezen in de beschrijving van de expositie, het schilderij 'Paris' is in werkelijkheid een sterk ingezoomde foto van de chaos na de terroristische aanslagen in Parijs van afgelopen november. Blurry Conflicts is een toepasselijke naam.

Het platform NP3 nodigde de kunstenaar uit om een nieuwe draai te geven aan YARD van Allan Kaprow (1927-2006). Dit deed Bijl op twee locaties: Blurry Conflicts I in Bur0 Gr0ningen, een spierwitte kunstruimte met meerdere kamers, en Blurry Conflicts II op locatie M0Bi: een ruige, tochtige hal van containers. Met een titel als deze staat of valt de expositie met contrast, en dat contrast is er.

Breaking news

Als je je losgescheurd hebt van de schilderijen sta je voor een barricade van in zachte kleuren geverfde autobanden. Ertussen liggen metalen stellages en plastic zakken met ballonnen. Aan de andere kant van de ruimte worden nieuwsbeelden op de grote witte muur geprojecteerd, net te diffuus om te kunnen zien wat er precies aan de hand is. Onder de beelden liggen vijf luidsprekers waaruit blikkerig vervormde stemmen komen. De geluiden herhalen zich steeds, onverstaanbaar, onbegrijpelijk.

De Nederlander Marc Bijl woont en werkt in Berlijn. Zelf kan hij dus niet zien hoe het publiek reageert op zijn dubbelexpositie in Groningen, maar interactie en de uitwisseling van informatie is wel een thema dat volop aanwezig is in zijn werk. Zoekt deze kunstenaar het drama op, of komt het vanzelf op hem af door alle media waarmee een mens vandaag de dag omgeven is? Blurry Conflicts I maakt de tragiek zo zacht dat het oncomfortabel wordt.

Vaderliefde

En dan het contrast. Blurry Conflicts II is haast een Blurry Conflicts I, maar dan binnenstebuiten gekeerd. Hier worden chaos en geweld niet vriendelijk; hier worden tederheid en onschuld hard. In het centrum van het diorama tussen de containers staat een kartonnen uitdruk van Bijl zelf. Hij heeft een kindje op zijn arm, zijn babyzoon. Het jongetje lijkt wat gedesoriënteerd maar niet bang. Toch heeft hij daar misschien reden toe, want zijn vader staat te midden van een blokkade van autobanden waarvan er één al in brand staat. De man is ingetaped in een geïmproviseerd harnas van karton, met een doek voor zijn mond en een motorhelm op. Hij houdt een schild vast met het anarchismeteken erop. Hoe grimmig hij je ook aanstaart vanonder het sluike zwarte haar, je kunt je niet voorstellen dat hij zichzelf en zijn kind met die uitrusting goed kan beschermen.

Een monster, mama!

In één van de containers is een videoscherm opgezet, waarop een compilatie draait van beelden van verschillende projecten die Bijl in het verleden heeft uitgevoerd. Bijna allemaal hebben ze plaats in de openlucht van Berlijn, de spot drijvend met merktekens, reclame en roem. Tijdens een filmpje van een schemerig kraakpand vol mensen glippen drie kleine blonde kinderen de container in. Ze blijven half in de deuropening staan, gefascineerd door de beelden en de sterk vertraagde, lage geluiden. ,,Het is een monster!” roept één van hen. “Mama, het is echt een monster!” Ze maken een haastig retraite.

Hun moeder wacht buiten op ze. Ze mogen spelen met de stapels Kaprowbanden, waarmee ze zich prima vermaken. Deze kinderen zijn niet te incorporeren in een kunstwerk, ze bevragen niet de maatschappij: ze bouwen een fort.
 

Tekst: Annejet Fransen
Foto's: Niels Knelis Meijer