Naar inhoud

Hier een cookie tekst met verwijzing naar de cookies pagina.

Kunstshots

Dit heeft de Kunstbrigade uit de Tweede Wereldoorlog voor de westerse kunst betekend

Door: Lisette Verhoog, 22 mei 2018

De Mona Lisa, Het Lam Gods van de gebroeders Van Eyck, de Madonna met kind van Michelangelo en nog vele andere werken zouden er niet zijn geweest zonder de Kunstbrigade, ofwel The Monuments Men: 350 mannen en vrouwen die tijdens de Tweede Wereldoorlog maar één doel hadden, het redden van zoveel mogelijk kunst uit de handen van de nazi’s.



De Kunstbrigade werd in het leven geroepen door president Roosevelt, met steun van generaal Eisenhower, nadat duidelijk werd dat nazi-Duitsland kunst aan het roven was uit bezette steden in Europa. Deze kunstwerken waren bedoeld als invulling voor een immens groot Führermuseum (een droom van Adolf Hitler) met een verzameling van alle westerse topkunst. De ‘Entartete’ kunst (ontaarde kunst) hoorde hier niet bij, want moderne kunst werd niet gewaardeerd in Nazi-Duitsland. De nazi’s hebben in totaal een vijfde van alle kunstschatten ter wereld geroofd.



Ondanks weinig militaire ervaring ging de Kunstbrigade, bestaande uit mensen vanuit de kunstsector, de strijd aan. Hoe? Door te hopen op de vrijgevigheid van het geallieerde leger, want het op het spel zetten van mensenlevens voor kunst werd over het algemeen niet begrepen. Ondanks vele tegenslagen heeft de Kunstbrigade zijn taak toch kunnen voltooien. Het opsporen van contacten met de juiste informatie over waar de kunstwerken werden verstopt. leidde ertoe dat er aan het einde van de oorlog in verschillende mijnen in Duitsland duizenden kunstwerken werden gevonden. Toch zijn vele kunstwerken vernietigd of nog steeds vermist, maar zonder de Kunstbrigade was er niet zoveel westerse kunst overgebleven.



Dus als je de kunstschatten in Nederland of ergens anders in de wereld bekijkt, denk eens aan deze moedige mannen en vrouwen die kozen om te strijden voor kunst en cultuur in een tijd waarin dit niet als vanzelfsprekend gezien werd.

Tekst: Lisette Verhoog
Beeld: Wikimedia Commons