Naar inhoud

Hier een cookie tekst met verwijzing naar de cookies pagina.

Kunst kijken

De aantrekkingskracht van Mendini

Door: Dinnis van Dijken, 19 december 2019

Ter ere van het 25-jarig bestaan van het Groninger Museumgebouw werd diens architect Alessandro Mendini gevraagd om een tentoonstelling over zijn werk te organiseren. Wat de expositie misschien nog wel specialer maakt is de timing; het organiseren van Mondo Mendini was een van de laatste projecten die Mendini (1931-2019) ondernam voordat hij begin dit jaar overleed. Wat kun je verwachten van deze tentoonstelling?

Enig gevoel van melancholie is ver te zoeken in de tentoonstelling. Je wordt omgeven door warme, zachte kleuren en ronde vormen, veelal uitgedost met schitterende metalen oppervlaktes. Meteen als je de zalen binnenloopt wordt ook duidelijk dat er geen duidelijke chronologie aanwezig is of sprake van hiërarchie tussen de objecten. Daarbij komt ook nog dat de muurteksten behoorlijk minimaal zijn gehouden: er wordt net genoeg aangeboden om een beetje houvast op de tentoonstelling te krijgen, maar daarmee is alles ook wel gezegd. Het resultaat is dat je redelijk op jezelf bent aangewezen om verbanden te zoeken en associaties te leggen. Wat heel fijn is eigenlijk ... en ook essentieel om Mendini’s mindset beter te begrijpen.

Mendini's manier van denken

Het is geen overzichtstentoonstelling in de traditionele opvatting van het woord, maar eerder een inkijkje in Mendini’s manier van denken. Mondo Mendini is met name één grote installatie waarin de toon en sfeer even belangrijk zijn als de objecten daarin. Het maakt duidelijk hoe hij zich positioneert en zich oriënteert in de wereld om zich heen. Net als de manier waarop hij tijdens zijn loopbaan op heersende en opkomende trends reageerde en op het werk van anderen. Verder is alles waar hij enige affiniteit mee had of wat als inspiratiebron diende in deze tentoonstelling evenwaardig gesteld aan zijn eigen werk. Het effect is ontwapenend. Niets is gepresenteerd als een zwaar beladen voorbeeld van de hand van het icoon van Italiaans postmodernistisch design, waar de hedendaagse jonge designer of kunstenaar zich onmogelijk aan zou kunnen meten. Alles wordt volledig open en transparant aan de bezoeker gepresenteerd. Je kan makkelijk Mendini’s gedachtegangen volgen – van de oorspronkelijk bron van inspiratie tot het uiteindelijke product – zonder dat dit je didactisch of met een autoritaire air wordt aangeboden in de tentoonstelling.

Mendini mag dan wel een icoon zijn van het postmodernisme, zijn werken zijn even hedendaags als toen ze voor het eerst het licht zagen. Zijn kleur en vormgebruik doen soms wat Disney-achtig aan, maar op een post-ironische manier kunnen we dat allemaal wel weer waarderen. Zijn voorkeur om samenwerkingen aan te gaan met diverse disciplines is ook tot op het laatst gebleven. Zo zijn er skateboards van Supreme te zien uit 2016 die zijn ontwerpen dragen. Verder zijn er ook halskettingen te vinden uit 2015 die niet zouden misstaan bij menig Instagram-influencer. Wat overigens bevestigd wordt door een groep millennials die helemaal in hun element lijken te zijn en door de tentoonstelling heen struinen om luidkeels verkondigen welke spullen ze wel of niet in hun appartement zouden willen hebben: de gigantische Proust-stoel zou gaaf zijn als een bed, het Kandissi-bankje in de woonkamer, de mokapot en fluitketel in de keuken, etc. En gelijk hebben ze. Het zou geweldig staan.

Resonantie met de hedendaagse wereld

En dat is misschien ook precies waar de aantrekkingskracht van Mendini in zit; het is niet alleen dat zijn werken qua vormgeving resoneren met hedendaagse esthetiek, maar het is ook zijn voorkeur en bereidheid om samen te werken met anderen, zijn vrolijke speelsheid, zijn multidisciplinaire praktijk, zijn afschuw voor hiërarchie, zijn voorkeur voor inclusiviteit en zijn optimisme sluit naadloos aan met de idealistische mindset van de hedendaagse urban creative. En het is precies die mindset die je meekrijgt op de tentoonstelling.

Het gebrek aan hiërarchie, teksten en chronologie waarmee de tentoonstelling is opgezet, schept een gelijkheid tussen de bezoeker en de tentoonstelling en geeft de bezoeker daarmee een zekere vrijheid om dingen te bekijken en diens eigen conclusies te trekken. Wat natuurlijk een strategie is die binnen de geschiedenis van het curatorschap al vaak is toegepast, maar zelden zo effectief werkt als hier bij Mondo Mendini. Dat ondanks het verschaffen van minimale hoeveelheden teksten de benodigde informatie wél aanwezig is doordat de inspiratiebronnen, (kunst)werken, zijn affiniteiten en samenwerkingen gewoon in de zaal staan. De informatie mag dan tekstueel worden achtergehouden, maar de informatie is in visuele vorm wel daadwerkelijk aanwezig en ook met een zekere scherpte geplaatst. De expositie  is wat dat betreft op een even vrije manier opgezet als de manier waarop Mendin zelf zijn praktijk leek vorm te geven. Het schept de vrijheid om de tentoonstelling vanuit verschillende perspectieven te benaderen. Je kan het vanuit een kunsthistorisch opzicht aanpakken, of puur vanuit vormgeving bekijken. Je voelt je daadwerkelijk vrij om alles te aanschouwen zoals je het zelf wenst: als inspiratie, als studiemateriaal voor je eigen design of misschien zelfs als inspiratie voor je woonkamer. In Mondo Mendini kan en mag het.

 

Tekst: Dinnis van Dijken
Beeld: Heinz Aebi, Groninger Museum